
Peter Vandebuerie

Zal ik mijn zonden verzwijgen of belijden?
Korte reflectie
"Welzalig hij, wiens overtreding vergeven, wiens zonde bedekt is; welzalig de mens, wie de Here de ongerechtigheid niet toerekent, en in wiens geest geen bedrog is. Want zolang ik zweeg, kwijnde mijn gebeente weg onder mijn gejammer de ganse dag; want dag en nacht drukte uw hand zwaar op mij, mijn merg verdroogde als in zomerse hitte." Psalm 32:1-4
Psalm 32 beschrijft de intense vreugde van vergeving. De psalmist begint met de gelukzaligheid van iemand wiens overtredingen vergeven zijn en wiens zonden bedekt zijn. Het contrast tussen zwijgen en belijden wordt duidelijk weergegeven: zolang David zijn zonde verborgen hield, voelde hij zich gebroken en uitgeput; pas toen hij zijn schuld beleed, ervoer hij Gods verlossing en vrede.
De psalm benadrukt dat ware vrijheid niet te vinden is in eigen kracht of het verbergen van fouten, maar in het eerlijk uitspreken tegenover God. Het beeld van God als schuilplaats toont aan dat vergeving meer is dan alleen een juridische handeling; het is een uitnodiging tot een intieme relatie. God is nabij en betrouwbaar.
"Mijn zonde maakte ik U bekend, en mijn ongerechtigheid verheelde ik niet; ik zei: Ik zal de Here mijn overtredingen belijden, en Gij vergaf de schuld mijner zonden." Psalm 32:5.
Neem de tijd om oprecht met God te praten.
Vraag God om duidelijkheid over wat er nog tussen jou en Hem staat.
Noem je zonden eerlijk bij naam.
Vraag om vergeving aan God en aan degenen die je hebt gekwetst.